De kloof overbruggen

Hendrik Jan Hoogendoorn is een boerenzoon. In zijn tienerjaren voorzien zijn vader en moeder Arie en Nely Hoogendoorn, dat de overname en voortzetting van hun kapitaalintensieve melkveehouderij voor hun kinderen een grote opgave zou worden. Met workshops kaasmaken en poldersport-activiteiten verwelkomen ze burgers op de boerderij. Daarmee zetten ze de eerste stap in het agro-toerisme en komen zij als ‘platteland­vernieuwend bedrijf’ in contact met alle overheden, van Europa tot de gemeente.

In 1992 gaat Hendrik Jan bedrijfskunde studeren aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam. Voor zijn afstudeerscriptie in 1999 onderzoekt hij de impact die de ontwikkeling van agro-toeristische activiteiten heeft op de boer en zijn bedrijfs­voering. Plattelands­vernieuwing betekent immers verandering van het bedrijfsmodel van de onderneming en dat heeft gevolg voor de verdienste.

Hendrik Jan wordt beloond met een negen voor zijn onderzoek. Doortastend en praktisch als hij is maakt hij van de presentatie van zijn scriptie op papier een interactieve bijeenkomst. Daarin spoort hij toehoorders, bestuurders, ambtenaren en boeren, aan om over de schutting van hun vak­gebied heen te kijken en écht met elkaar in dialoog te gaan. Want als hem een ding dan al duidelijk wordt, is het wel dat het veranderings­proces dat de ondernemende boer doormaakt moeilijk te doorgronden is voor overheidsdienaren.

1999 Voorpagina afstudeerscriptie
Die leerervaring neemt hij mee in zijn ondernemersschap. In zo’n 25 jaar bouwt hij Boerderij de Boerinn uit tot een rendabele plattelandsonderneming. Hendrik Jan’s conclusie is 25 jaar later nog relevant: wat zegt dit over het systeem? Om tot duurzaam landgebruik én een succesvolle verdienste te komen zal de kloof tussen de ondernemende boer, de zoekende bestuurder en de doelgerichte ambtenaar moeten worden gezien, erkend én gerespecteerd.